Bucatini all’amatriciana

Misschien niet de meest bekende pasta, maar stiekem de lekkerste uit de hele Italiaanse keuken (en de competitie is natuurlijk hevig)! Oorspronkelijk uit de regio Amatrice (vandaar de naam), maar ook overal te vinden in Lazio. Center stage in het gerecht is voor de ‘guanciale’ (Italiaans / hipsteriaans voor wangspek) die zorgt voor een heerlijk volle, zoute en een beetje(!) pittige(!!) smaak.

Het recept kost niet al te veel tijd om te maken. De meeste tijd gaat zitten in het verkrijgen van wangspek, maar iedere zichzelf respecterende Italiaanse delicatessezaak heeft het wel (hetzelfde geld voor bucatini, een soort holle spaghetti). Deze wordt in principe gerookt en gepekeld, dus kan in de koelkast zeker twee weken mee. Dus gewoon een keer oppikken in het weekend als jullie door Leiden (toch een beetje het Venezia van Nederland) lopen.

Frank & Judith

Benodigdheden


Kleine kom


Koekenpan


Pan


Rasp

Ingrediënten


500g Bucatini


200g Wangspek


Gedroogde rode peper (tot Jesse’s max)


800g gepelde tomaten


Pecorino (naar smaak)


1 kleine rode ui (optioneel)


beetje droge witte wijn (optioneel)

Stappen


Snij de wangspek in kleine reepjes. Probeer de zwoerd daarbij intact te laten.


Doe de spek (inclusief zwoerd) in de pan. Een klein beetje olijfolie erbij kan, maar er komt ook veel vet uit het spek, dus dat is niet per sé nodig. Bak het spek tot het mooi doorschijnend wordt. De zwoerd gaat er later uit, maar omdat er zoveel heerlijke gerookte, gezouten smaak in zit, is het zonde om die te vroeg weg te gooien.


Optionele toevoegingen: op dit punt, kun je ervoor kiezen om nog een beetje rode ui mee te bakken en het geheel nog even in witte wijn te smoren. Dit is in de regio onderwerp van fel debat. Het is ook iets meer werk, maar ik vind het persoonlijk erg lekker.


Doe er een klein beetje rode peper bij. Probeer de smaakpapillen van Jesse daarbij intact te laten.


Zet kokend water op met een snufje zout


Haal de zwoerd op dit punt uit de pan. Voeg de gepelde tomaten toe aan het spek en zorg er met een spatel voor dat ze goed uit elkaar vallen.


Voeg 500g bucatini aan het kokende water toe. De dikte van deze pasta, gecombineerd met de volle saus is een match made in heaven! Blijf tegelijkertijd de saus roeren en verwarmen tot hij de juiste consistentie heeft (bij twijfel liever iets te dik dan te waterig). Voeg een paar theelepels geraspte pecorino toe aan de saus.


Giet de bucatini af en vang eventueel wat kookvocht op.


Voeg de bucatini toe aan de saus, roer nog even om en laat het geheel een minuutje of twee binden / nagaren. (Eerst pasta op het bord scheppen en dan een kwak saus er mikken is een culinaire no-no!) Gebruik eventueel het kookvocht als het geheel iets te droog is geworden.


Serveer in diepe borden en doe nog wat geraspte pecorino over het geheel nu het nog heet is. Eventueel nog een klein beetje zwarte peper naar smaak.


Buon appetito!